Pagina 22 (NL)  B2-2023 PNKV BiuletynOnline.

Duitse Notities

Joanna Paszkiewicz-Jägers

Soms neemt de buschauffeur de rol van onconventionele gids op zich. Hij legt nu bijvoorbeeld de verschillen uit tussen de Nederlandse en Duitse manier van afstanden afleggen: "Doen wij Nederlanders er tien minuten over om naar de dichtstbijzijnde stad te fietsen, in Duitsland zou dat een uur moeten duren. Fietsoversteken worden hier niet toegepast". We passeren meer Brandenburgse dorpen. Er wordt gelachen. De deelnemers aan de reis naar Berlijn, tachtig kilometer verderop, zijn geamuseerd door de groenige Wartburg die op een dorsvloer geparkeerd staat, het gapende gat in het ingestorte dak, de fancy vlekken gemaakt door vallend pleisterwerk. Het amusement sterft snel af... Het is te deprimerend om donkere holtes te zien in de ramen van eens zo stijlvolle gebouwen. Vooral voor oudere passagiers is het schrijnend om het vergevorderde aftakelingsproces te zien. Het is een verademing om het uiterlijk van volkstuinen te zien; hier armer en kleiner, maar ze blijven iets wat we kennen en waar we van genieten. De chauffeur, die de stemming van de passagiers aanvoelt, legt verzoenend uit: "Is bij ons alles meteen vernieuwd, schoongemaakt en opgeruimd, hier is dat anders".

Hij beschouwt de eerste stap van de excursie als een ‘kijkje in de jaren zeventig en tachtig achter de IJzeren Gordijn’. Hij legt uit dat de ideologische uitgangspunten van DAAR radicaal anders waren dan de kapitalistische. DAAR bouwde men een klasseloze maatschappij waarin iedereen gelijk is. Hij noemt de positieve aspecten: gegarandeerd vaste baan, gestandaardiseerde lonen, vakantie voor iedereen. Deze werden georganiseerd door vakbonden - alleen waren het niet onze vakbonden omdat ze binnen de dictatuur bleven. Daar was alles in één hand. Hij eindigt ironisch: - Een klasseloze maatschappij is nog steeds een droom die gerealiseerd moet worden. Hij kondigt aan dat we op het punt staan het gebied van de voormalige Deutsche Demokratische Republik te verlaten, maar omdat de historische grens niet gemarkeerd is, kan hij die niet aangeven (dat we die gepasseerd zijn, wordt aangekondigd door het frisse en kleurige pleisterwerk van de huizen).

De bus stopt enkele minuten. Als Liba, een Moravische emigrante uit Tsjechoslowakije, en ik de parkeerplaats oversteken, worden we aangesproken door een man met een ongeveer tienjarige zoon. Hij laat een telefoon zien met een tekst in het Duits en legt uit dat hij zich moet melden bij de aangewezen plaats voor Oekraïense ballingen in Berlijn. Er zou een benzinevergoeding nodig zijn. Hij vraagt in het Russisch: "Możetje pomoszcz?" (Kunnen jullie helpen?) en voegt er zachtjes "Djengi" (Dank) aan toe. Vanaf dat moment beginnen Liban en ik Russische woorden te gebruiken; we hebben allebei Russisch geleerd op onze scholen! De man bedankt me uitbundig: "Spassiba maatyushka, spassiba maatyushka" (Dankjewel moedertje). De onbeweeglijke jongen maakt de indruk bang te zijn.

Russisch sprekende Liba werd in Groningen opgezocht door het naastgelegen ziekenhuishotel - met de bedoeling het contact met de moeder van de Oekraïense patiënt te vergemakkelijken. In het voorjaar van 2022 werd de negenjarige Vanyanshka met een groep Oekraïense kinderen met kanker naar het ziekenhuis in Utrecht gebracht. In Groningen onderging hij de laatste fase van de behandeling. Hij is genezen - hij zal met zijn moeder terugkeren naar Midden-Oekraïne, waar zijn vader en broer wonen.

Liba en ik praten nooit over ons verleden - ieder heeft zijn eigen verleden en blijft daarbij. Dit komt echter meer overeen met haar wensen dan met de mijne. Ze verklaart categorisch: "We hadden totaal verschillende levens", ze heeft onze vroege ervaringen in hokjes verdeeld. Voor haar werd het in het Westen blijven - toen onherroepelijk - geassocieerd met een schuldgevoel. Ze bemoeilijkte de veelbelovende carrière van haar broer bij een filmstudio en belastte hem met alle zorg voor haar ouders. Als ik haar vraag of ze heimwee heeft naar het leven in Tsjecho-Slowakije, antwoordt ze stellig: Nee. Je moet accepteren wat je hebt, anders ben je ongelukkig".

Onverwacht werd de Duitse reis van enkele dagen voor ons beiden een reis in de tijd. Het hotel bood een visie die werd verruimd door de herinnering aan het verleden. Dit in 1984 voltooide moloch met twaalf verdiepingen en drie vleugels, surrealistisch oprijzend uit het boscomplex, is genoemd naar Friedrich Engels. Het behoorde tot de FDGB, de vakbond (1946-1990). Na de ontbinding van deze massaorganisatie veranderde het van profiel. Sinds 2010 behoort het driesterrenvakantie- en familiehotel Ahorn Seehotel Templin tot de Ahorn-Hotelgruppe. Het aantal in gebruik zijnde kamers is geslonken van 700 naar 409, waarbij bijna alle inrichting nog uit de DDR-tijd stamt. Om de monotonie van de gevel te doorbreken, heeft de firma Fischer-Art in 2015 12.485 vierkante meter (!) bekleed met een massa veelkleurige elementen. Ze harmoniëren niet met het meer en boslandschap. We naderen Berlijn. De chauffeur zegt dat het kouder zal worden, omdat we naar het oosten zijn getrokken. Hij zegt dat Berlijn drie miljoen zevenhonderdduizend inwoners heeft, Amsterdam negenhonderdduizend.

In het centrum wordt het moeilijk rijden, toetsen en draaien, want vandaag, 25 februari, is de dag van de grote demonstratie rond de Brandenburger Tor. De tweede na de jubileumdemonstratie van gisteren. Ze staan tegenover elkaar: de eerste betuigde steun aan Oekraïne, dat het al een jaar moeilijk heeft, terwijl het Manifest voor de Vrede van vandaag zich verzet tegen toenemende wapenleveranties aan dat land en de invoering van nieuwe sancties tegen Rusland, en in plaats daarvan oproept tot een staakt-het-vuren en vredesonderhandelingen.

Buiten de ramen van de stilstaande bus, weinig bedacht op de regen en sneeuw, lopen groepen mensen naar de demonstratie. Ze onderscheiden zich door hun concentratie en voorovergebogen houding. Het is als een boodschap: we zullen samen ons belangrijke doel bereiken! De gedragen vlaggen zijn blauwe vredesvlaggen met de afbeelding van een duif met uitgestrekte vleugels. Op sommige staatsgebouwen zijn grote Oekraïense vlaggen te zien - een ervan, gerafeld, trekt bijzondere aandacht.

De aanblik van het Reichstaggebouw biedt Liba en mij een nieuwe verruimde blik. We hebben eindeloos vaak, elk in ons eigen land, gekeken naar een filmopname waarop een stormtroep de voortrap op rent met een uitgevouwen vaandel. Deze geënsceneerde documentaire is van de tweede mei 1945. De Reichstag gaf zich op de eerste mei over, terwijl er binnen nog gevochten werd.

Met de inname van de Rijksdag wilde Stalin het einde van de oorlog en de val van het Derde Rijk symboliseren. In de landen van het zogenaamde Oostblok kreeg de film- en fotodocumentatie van deze gebeurtenis een enorme propagandakracht. Geen wonder dat het Rjksdagigebouw, van een afstand gezien, onmiddellijk in onze verbeelding samensmolt met het filmbeeld van soldaten van het Rode Leger die naar de hoofdingang rennen.

De vijfentwintigste februari, de voorlaatste dag van het 73ste Internationale Filmfestival en de Berlinale, is de laatste dag van twee tentoonstellingen met de gemeenschappelijke titel "Jerzy Skolimowski - Schilderijen". De schilderijen op groot formaat, van de 85-jarige regisseur, waren helaas alleen te zien door de ramen van het Poolse Instituut. Het ging niet op het voorgeschreven tijdstip open; ik vermoed dat de sluiting van een deel van het centrum vanwege de demonstratie daar debet aan was.

Die was al voorbij. Het werd bijgewoond door extremistische groepen (de politie versterkt), maar naar verluidt zonder incidenten. Degenen die terugkeren stralen tevredenheid uit.

Vijf demonstranten lopen in een gelijkmatige rij door het park. De middelste draagt een stevig gemaakt, opgerold spandoek voor herhaald gebruik. Welke slogan hebben ze voor zichzelf gekozen? Is het van bovenaf aanbevolen "NEGOTIATE, DON'T ESCALATE" ?

Het is na vijven, het is vijf voor zes. Hoewel het bijna donker is, blijft de grote laan van Berlijn minimaal verlicht. Berlijn spaart. Op de terugweg heeft de chauffeur een kleine lezing voor ons over de kraaien die bevriend zijn met zijn reisbureau.

- - -